iconLeeswijzer

De begroting bestaat uit vier hoofdstukken:

Het programmaplan bestaat uit vier delen

We werken met vier raadsprogramma's met daarin een aantal deelprogramma's: het programmaplan. In ieder programma is naast aandacht voor de beleidsdoelen en opgaven ook aandacht voor indicatoren, risico's en de financiën. De financiële informatie wordt zichtbaar door te klikken op de taakvelden in de tabellen bij de programma's (2.1).
Het programmaplan geeft niet de uitwerking van het coalitieakkoord. Dat volgt na de gesprekken die we begin september met de inwoners van onze gemeente voeren.
Het actuele programmaplan op basis van ons coalitieakkoord komt in de raadsvergadering van december 2022 en stellen we vast als 1e begrotingswijziging 2023. Helaas kan de (totale) programmabegroting hier niet op wachten, aangezien de provincie deze uiterlijk 15 november 2022 wil ontvangen.

De indicatoren geven een beeld van de (beoogde) effecten van ons beleid

We maken onderscheid tussen lokale en landelijke indicatoren:

  • De lokale indicatoren laten zien wat het effect van het beleid is, gericht op onze lokale beleidsdoelen. Hier vermelden we streefcijfers voor het kalender en de 'stip op de horizon'.
  • De landelijke indicatoren geven inzicht in waar we staan en maken vergelijking met andere gemeenten mogelijk. We zijn op grond van wetgeving (BBV) verplicht om deze indicatoren op te nemen in de programmaplan.

In de deelprogramma’s benoemen we de belangrijkste financiële risico's

Het gaat om de risico's die een financiële impact hebben van 1% of meer van het totale risicobedrag (kolom: impact financieel). Wanneer het beschreven risico (ook) niet financiële gevolgen heeft, drukken we dit uit in een cijfer van 1:zeer lokaal tot 5:landelijk (kolom: impact (niet-financieel). In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing (2.2.2) staan de belangrijkste risico's bij elkaar.

Elk programma sluiten we af met financiële informatie

We noemen de grotere verschillen van de lasten en baten van 2023 ten opzichte van de begroting 2022 (inclusief begrotingswijzigingen tot 1 augustus 2022). In de taakveldenbegroting geven we de toelichting op de verschillen bij de taakvelden die onder een deelprogramma vallen.

In de paragrafen leest u over de aspecten die voor alle beleidsvelden spelen

In de zeven paragrafen beschrijven we kort hoe we ons beleid op die onderwerpen inrichten en uitvoeren. Het gaat om:

Binnen onze P&C-cyclus hebben we daar een klimaatbegroting toegevoegd.

In de financiële begroting staat ons financieel meerjarenbeeld centraal

We kijken naar de factoren die leiden tot een stijgende of dalende lijn in de begrotingsruimte. In de financiële overzichten staat ook de wettelijke en provinciale informatie die vereist is voor toezicht.
De bedragen die zijn opgenomen per deelprogramma geven de ruimte aan waarin we kosten kunnen maken. Volgens de Financiële verordening Bronckhorst vormt deze afbakening in deelprogramma's 'het autorisatieniveau' van de raad aan ons college. De informatie in dit hoofdstuk gebruikt de accountant bij de controle van de jaarstukken.

In de bijlagen is de volgende informatie opgenomen:

De verordeningen zijn te vinden op www.wetten.nl

De verordeningen geven de kaders aan waarmee we werken. Ze zijn in te zien op www.wetten.nl.

Goed om te weten

  • In deze programmabegroting geven de doorklikmogelijkheden naar de taakvelden in de tabellen bij de programma's (2.1) alleen cijfers over de taakvelden.
  • In de verschillende tabellen met informatie over 2022 (kolom "Begroot 2022 na wijz.") bedoelen we de stand op 1 augustus 2022. Dit is na de verwerking van de 1e begrotingswijziging en 1e tussenrapportage, maar nog voor de 2e tussenrapportage 2022.
  • In de financiële overzichten bij ‘Wat mag het kosten?’ staat bij de saldoregel een ‘+’ voor baten of overschotten en een ‘-‘ voor lasten of tekorten.
  • In de overige overzichten staat in het onderschrift vermeld wat een ‘+’ of ‘-‘ betekent.
  • De cijfers in tabellen, grafieken en opstellingen in deze begroting staan in euro's maal 1.000 en zijn afgerond tot het dichtst bijzijnde duizendtal, tenzij anders vermeld.